
Dan hoepel je toch lekker op hoorde ik mezelf zeggen. Sterker nog, ik voelde dat mijn gezicht strak trok. Het werd doodstil en ze ging weg. Alle ogen op mij gericht. Ik probeerde me te herpakken maar het bleef knagen. Ik was er met gestrekt been in gegaan. De fight reactie was de baas geworden, ik was niet ‘in control’. En dat terwijl ik al mijn hele leven oefen: even pauze en tot tien tellen.
In haar geweldige boek Goed voor de groep beschrijft Karin de Galan de fight, flight en freeze reactie van trainers en deelnemers. Soms triggert één gebeurtenis deze reflexen maar het kan zich ook opbouwen tijdens een training. als trainer voel je dat je langzaam het contact met deelnemers en jezelf verliest en dat negatieve emoties en gedachten jou gaan domineren.
Vechten, vluchten, bevriezen
Je bent nog niet begonnen met de uitleg van de les en iemand vraagt: tot hoe lang duurt de les? Je hebt gehoord dat er een lastige groep komt en ja hoor: de helft komt te laat. Het kan zijn dat je met een vecht reactie reageert en je gaat er verbaal vol in. Of je trekt je terug en zoekt steun bij anderen (je vlucht). Of je weet het even niet meer en je valt stil (bevriezen).
In de vecht modus wil je er op af, terugslaan. De vechtmodus herken je bijvoorbeeld aan het strakker worden van je gezicht, je priemende ogen of het verheffen van je stem. Je schreeuwt iets naar een deelnemer of zegt iets heel onaardigs. Terwijl je het zegt weet je al dat dit niet gaat helpen. De emotie won het even van je professionele rol. Hoe vervelend ook, het gebeurt ons allemaal.
De vechtmodus herken je goed in je gezicht, stem en lichaam. In de vecht reflex ga je vechten en ben je offensief. Je tekst is kort en he zegt dingen als ‘je moet’, ‘ik vind’, ‘ik wil’. Je laat weinig ruimte voor reactie en je hebt zichtbaar een oordeel over wat er gebeurt. Verder voel je (lichte) boosheid en een norm: ‘Zo gedraag je je niet!’
In de vlucht modus wil je afstand nemen en contact verbreken. In de vlucht mode durf je de mensen niet echt aan te kijken en neem je vaak letterlijk en figuurlijk afstand. Je wilt weg, er niet meer zijn. Je vermijd contact, lacht onzeker en gebruikt woorden als ‘eigenlijk’, ‘misschien’, ‘zullen we’. Eigenlijk ben je een beetje bang en wil je vooral vrienden zijn met de groep. Je zoekt steun bij andere deelnemers of durf je niets meer te zeggen. Ik wil hier weg is je enige gedachte. Keer dit om naar moed! Trainer zijn is leiding geven, ook met weerstand. Feel the fear and do it anyway!
In de bevries modus ben je in verwarring, soms dizzy en soms in paniek. Zo bleek ik een verkeerd tentamen gemaakt te hebben voor 200 studenten die allemaal in de zaal zaten met dat tentamen. Er gingen 200 vingers de lucht in met vragen, stress en frustratie. Ik stond echt even op bevriezen, dizzy en niet in staat na te denken. In deze toestand val je letterlijk stil. Je bent er even niet meer en de woorden zijn op. Verwarring in je hoofd en je het stormt gedachten en gevoelens in je hoofd. Het contact met je eigen gevoel en het contact met de groep is weg. Je wilt maar een ding: er niet zijn! Soms voel je helemaal niks meer.
Signalen herkennen
Het kan je altijd gebeuren en het gebeurt ons allemaal. Wel kun je leren signalen te herkennen. Subtiele signalen. Hierdoor ben je hopelijk de reflex net voor en anders kun je hem nog afzwakken. Karin de Galan beschrijft dat je een verdedigingsmechanisme herkent aan een plotselinge verandering in je lichaam, gevoel, gedachtes of gedrag. Vooral en als eerste en beste merk je dit aan je lichaam en gevoel. Daarom is het zo belangrijk voor trainers om in contact te staan met hun lichaam en emoties.
Lichaam
Voorbeelden van lichaam signalen zijn zwetende handen, strakke kaken, een knoop in je maag, een benauwd gevoel op de borst of een droge keel.
Gevoel
Veel voorkomende emoties zijn boosheid, irritatie maar ook angst, onzekerheid, leegheid en uit contact.
Gedachtes
Veel voorkomende gedachten zijn afkeurende, beoordelende of rampgedachtes.
Gedrag
Ook je gedrag verraad dat je in een verdediging reflex zit. Je praat anders, bijvoorbeeld harder of korter. Of juist zachter en aarzelend. De communicatie is eenrichtingsverkeer en je bent niet echt meer in staat te luisteren. Je hebt je teruggetrokken in de caveman box. Zelfs je motoriek kan veranderen en stijver en strakker eruit zien. De souplesse en vanzelfsprekendheid is weg. Nu nog struikelen over een snoer en het feest in compleet.
Drie oplossingen
Karin de Galan bespreekt tot slot de drie strategieën voor als je in de vecht, vlucht of bevries modus zit. Lees vooral haar boek. Hier zijn ze in het kort!
1. Van fight naar mildheid
Mildheid haalt je uit de fight. Neem het niet persoonlijk. Bedenk dat de deelnemer mogelijk iets rots heeft meegemaakt. Ben ook even niet te veeleisend met jezelf.
Wat ook helpt is een korte body scan en bewust alles ontspannen. Vooral je gezicht. Emoties die bij vechten horen zijn boosheid, irritatie, frustratie. Je kunt ze voelen in je lichaam. Of de aders in je hoofd. Een keer diep ademhalen en stevig staan en laat ze voor wat ze zijn. Wat ook erg goed helpt is je emoties te labelen. Hierdoor neem je letterlijk even afstand en bovendien worden ze gezien. Doe dit in je hoofd en niet hardop want dat staat zo raar.
Gedachtes bij de fight reflex zijn vaak oordelend en afkeurend. Wat een lul denk je. Als hij nog wat zegt is hij voor mij. Eigenlijk voed je zelf je fight modus. Net als bij emoties kun je ze gewoon opmerken als ‘he een gedachte’. Of vervang ze door gedachtes door nieuwsgierigheid. In plaats van ‘Wat een irritante prutser’ naar ‘Ik ben benieuwd wat maakt dat hij dat doet.’
De Galan geeft ook als tip om echt naar de ander te luisteren. En zijn of haar zorg of onderliggend gevoel verwoorden. Als je dat kunt en bij jezelf opmerkt weet je dat je uit de fight bent.
2. Van flight naar lef
Hier wil je juist moed en durf oproepen. Ga stevig staan en kijk de deelnemer gewoon aan. Durf het contact aan te gaan en sta voor jezelf. Letterlijk. Adem vanuit je buik en gebruik een lage stem zodat het duidelijk is dat je ergens voor staat.
3. Van freeze naar voelen
Bij de freeze voel je vaak niets en je bent uit contact. Soms zelfs in paniek en verwarring. Je weet even niks te zeggen of te doen. Duizelig in je hoofd omdat je zo veel voelt en denkt of juist zo weinig. Voelen en contact met je lichaam is de sleutel om uit de ‘freeze’ te komen. Bewegen helpt, dus loop naar de koffie!
Tot slot
De mensen die we trainen moeten elke dag moedig zijn in zeer stressvolle situaties. Geef als trainer een mooi voorbeeld: ga professioneel en moedig om met je vecht, vlucht en bevries reflexen.
Lezen
Goed voor de groep het eerste zelfhulpboek voor trainers. Auteur: Karin de Galan.