30 jaar lesgeven, les 4: Minder doen, meer zijn.

Een groot deel van mijn trainer/docent carrière bestaat lesgeven vooral uit veel doen. Lessen voorbereiden, uitvoeren en evalueren. Tijdens de uitvoering bewust en onbewust druk met contact maken, interacties en regie houden. Druk bezig met alle basis didactische vaardigheden als aandacht vragen en houden, uitleggen, demonstreren, aanmoedigen, coachen, vragen stellen of aanwijzingen geven. Druk bezig. Vaak is de oefening nog niet klaar of ik ben al bezig met een volgende stap. Druk bezig. In mijn lessen zit altijd veel energie zeggen deelnemers. Klopt. Dat ben ik die druk bezig is.

Ik wil meer zijn om meerdere redenen

Reden 1: door veel te doen (in mijn hoofd en met mijn lijf) als leraar zie ik weinig. Uiteraard zie ik de grote lijnen en voel ik de sfeer. Maar ik neem niet de tijd om goed te kijken, horen en voelen. Ik mis individuele signalen om meer of minder leerhulp. Als je me vraagt wat deelnemers geleerd hebben of welke leerhulp effectief was weet ik het vaak niet omdat ik er niet echt goed op gelet heb. Ik ben immers druk met didactieken en methodieken en interpersoonlijke interacties. En na deze les komt weer een volgende les. Kortom, ik wil meer zijn zodat deelnemers beter leren.

Reden 2: hoe meer ik doe hoe minder ik met ‘hun proces’ bezig ben. Als zij oefenen ben ik de volgende stap aan het bedenken. Ik heb weinig mentale ruimte over want ik wil nog zoveel doen. Ik wil geen lessen ‘afdraaien’ maar aanwezig zijn. Ik wil die ene deelnemer opmerken die subtiel vooruitgang of mogelijk achteruitgang communiceert. En laat ik eerlijk zijn: mensen leren niet beter hoe meer ik doe maar vooral ook zelf en onderling. Als ik ze ruimte geef om binnen afgesproken (leer) kaders en met een stip op de leer horizon hun ‘ding’ te doen. Beetje minder doen, iets meer zijn.

Reden 3: meer zijn betekent ook dat je meer ziet en dat je ook ruimte hebt om het individu in de groep te zien. Gezien en gehoord worden is een van de mooiste geschenken die je als leraar aan je deelnemers kunt geven. Lesgeven is geven weet je nog. Iets minder doen en in plaats daarvan die ene deelnemer in de groep op te merken en aan te moedigen.

Reden 4: doen is actie, ruimte innemen en bepalen. Zijn is niets doen, ruimte geven en loslaten. Ik heb het gevoel dat als ik iets minder doe en iets meer ben deelnemers meer ruimte ervaren. Dat ze minder met mij bezig hoeven te zijn en meer met zichzelf. Het is een gevoel, geen wetenschap. Maar toch. Het gras groeit vanzelf en ik hoef het er niet uit te trekken.

Reden 5: door vaker te zijn voel ik mezelf ook meer, heb ik meer contact met mijn kern terwijl ik les geef. Door meer te zijn ben ik ook minder reactief en ontstaat er rust bij mezelf en bij deelnemers. Als ik iets minder doe en iets meer ben geniet ik meer van de les en van de mensen.

Tot slot, lesgeven is natuurlijk balanceren tussen doen en zijn…voor mij is het goed om iets meer te zijn.