Politie agenten en lineare vs niet linaire methode voor zelfverdediging tegen mesaanvallen.

De studie vergelijkt het verschil van twee verschillende didactische benaderingen (linear vs niet-linear) in de politieopleiding door de prestaties van Duitse politie agenten tegen verschillende soorten mesaanvallen te beoordelen. Lineair of niet-lineair – welke benadering leidt tot een betere mesverdediging?

Wat kan ik hiermee

Als politie trainer moet je bekend zijn met diverse didactische methoden en diverse manieren van motorisch leren. Door dit artikel kun je bewust een lineaire of een niet-lineare benadering inzetten.

Het onderzoek

Er werden twee groepen gemaakt waarbij de ene groep training kreeg volgends de lineaire benadering en de andere groep de niet-lineaire benadering.

In beide groepen werden vier mes aanvallen getraind. Drie mes aanvallen werden vlak voor de inzet aangekondigd. De vierde aanval was een agressieve verrassing aanval, welke het meest gevaarlijk en realistisch is.

Na de pre-test werd er die weken getraind en na de laatste training werd een post test afgenomen. Acht week hierna werd een retentie test gedaan.

Lineaire groep

In de lineaire groep werd getraind volgens voordoen en nadoen en werd een ideale techniek aangeboden en geoefend. Er werd veel gewerkt met interne aandacht focus (buig je elleboog, draai je heupen enz.). Ook werd de techniek in subdelen opgesplitst.

Niet-lineaire groep

In de niet-lineaire groep werd geen ideale techniek aangeboden maar werden de deelnemers uitgedaagd zelf oplossingen te exploreren. De training vond plaats in de context van politionele situaties (bv communicatie scenario).

De aanvallen waren zeer gevarieerd en de omgeving werd gemanipuleerd (bv verkleinen, aantal aanvallers, wisselende startposities enz.). De chaotische fasen werden kortdurend onderbroken door oefeningen voor een specifiek doel, bv mindset of het verdedigen met de niet dominante hand.

Feedback was gericht op externe aandacht focus waarbij principes werden aangegeven zoals zorg dat je niet geraakt wordt, of ‘afstand creëren’. Er werd geen technische informatie gegeven.

Resultaat

Op de retentie test – negen week na de laatste training – deed de niet-lineaire groep het beter dan de lineaire groep: ze werden minder geraakt en losten het probleem van de verrassing aanval vaker en sneller op. Ook vertoonde de niet-lineaire groep een grotere leercurve gedurende het onderzoek.

Een andere bevinding is dat de ideale techniek in de lineaire groep verslechterd tussen post test en retentie test.

Een verrassend resultaat is dat de succesvolle niet-lineaire groep achteraf onzeker was en behoefte hadden aan ‘een ideale techniek’ en meer technische feedback!

Inzichten

1. Dit onderzoek – en alle andere onderzoeken op gebied van motorisch leren – leert je dat je deelnemers op meerdere manieren vaardigheden kunt aanleren.

2. Het is de zoveelste indicatie dat de niet-lineaire benadering een grotere retentie heeft en beter geschikt is om deelnemers te trainen – in onverwachte situaties – problemen op te lossen.

3. Het leert je dat er meer is dan het traditionele model waarin de trainer centraal staat, de ideale techniek (in delen) wordt aangeleerd en de feedback vaak intern gericht is.

4. Het leert je de rijkdom van de niet lineaire benadering waarin deelnemers leren problemen op te lossen. Net als op straat.

5. Tot slot leer je ook dat er deelnemers zijn die – ondanks goede resultaten – behoefte hebben aan ‘de ideale techniek’.

Als trainer kun je per deelnemer en per situatie inschatten welke methode je gebruikt.

Koerner, S., Staller, M.S. and Kecke, A. (2020), ““There must be an ideal solution…”Assessing training methods of knife defense performance of police recruits”, Policing: An International Journal